LICHTEN
Uit een recent jaarverslag van GOCA, de groepering van erkende ondernemingen
Nochtans is zien en gezien worden in het verkeer van levensbelang: wie heeft nog
De bestuurder van een voertuig moet in alle rijomstandigheden voldoende zien en |
|
De verschillende gezichtsvelden, van dichtbij tot veraf, moeten duidelijk en helder verlicht worden. Alleen zo kan je als bestuurder eventuele gevaren vroegtijdig opmerken, er tijdig op reageren en een ongeval vermijden. Correcte voertuigverlichting - een gelijkmatige verlichting van de rijbaan en een voldoende grote reikwijdte van de lichtbundel - zorgt ervoor dat je ontspannen kan rijden en minder snel vermoeid raakt.
|
|